19e eeuw In 1806 woonden op Olthuys negen personen. Roelof junior is dan bezitter van vier koeien, vier vaarzen of pinken en twee paarden. Olthuys is daarna meerdere generaties bewoond geweest door de familie Bouwmeester, die de boerderij kocht van baron van Dorth tot Medler in de jaren dertig van de vorige eeuw. Al deze bewoners hebben zich bezig gehouden met het boerenbedrijf en hielden koeien, vaarsen of pinken, varkens en kippen.
20e eeuw In de jaren 60 vond op het platteland modernisering plaats, waarbij de boerderij werd aangepast aan de veranderde behoefte van haar bewoners. Uit eerder afgegeven bouwvergunningen blijkt dat bij een huwelijk het bruidspaar op de boerderij introk. Ook dienstpersoneel kon reden tot aanvraag voor uitbreiding zijn. Samenwonende ouders en kinderen, waarbij de kinderen zorgdragen voor de ouders als deze op leeftijd zijn, ziet men in deze streek nog steeds. Wel is vaak een aparte tweede woning op het erf gebouwd waar de oudste generatie intrekt, zodat de boerderij zelf door de opvolger bewoond kan worden. Dit is gelukkig niet het geval geweest bij Olthuys. Hierdoor is de karakteristieke schuur op het achtererf niet afgebroken en nog in vrijwel originele staat.